Wanneer een billijke vergoeding?
Een werknemer kan aanspraak maken op een billijke vergoeding als de werkgever een ernstig verwijt kan worden gemaakt in verband met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst of wanneer het ontslag zelf niet volgens de regels is verlopen. Dit laatste is bijvoorbeeld het geval als een werkgever de arbeidsovereenkomst met een werknemer opzegt zonder dat de werknemer hiermee (schriftelijk) heeft ingestemd. Er is dan sprake van een vernietigbare opzegging van de arbeidsovereenkomst.
Terug naar de kapster
In de zaak van de kapster was er sprake van een vernietigbare opzegging vanwege het ontbreken van haar instemming. Voor de opzegging was door de kapsalon ook geen toestemming gevraagd aan het UWV. Op grond van de wet had de kapster vervolgens de keuze: de opzegging daadwerkelijk laten vernietigen en herstel van de arbeidsovereenkomst óf de opzegging niet te laten vernietigen en in plaats daarvan een billijke vergoeding te verzoeken. De kapster koos voor het laatste en de kantonrechter kende haar (naast de transitievergoeding van EUR 1.596 bruto) een billijke vergoeding van EUR 4.000,- bruto toe. Het Hof bekrachtigde dit. De Hoge Raad haalt echter een streep door de uitspraak van het Hof.
Hoge Raad: geen punitief karakter, wel betrekken gevolgen van het ontslag
Bij het begroten van de hoogte van de billijke vergoeding heeft het Hof tot uitgangspunt genomen welk bedrag voor de werkgever een punitief en afschrikwekkend effect heeft. Volgens de Hoge Raad mag de billijke vergoeding echter geen punitief element in zich hebben. De werknemer dient volgens de Hoge Raad te worden gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. Bij het vaststellen van de hoogte van de billijke vergoeding mag rekening worden gehouden met de gevolgen van het ontslag - deze gevolgen worden namelijk niet in alle gevallen volledig gecompenseerd in een eventuele transitievergoeding, aldus de Hoge Raad. Verder wordt volgens de Hoge Raad op deze manier tegengegaan dat werkgevers vanwege financiële overwegingen voor een ontslag kiezen dat niet volgens de regels verloopt omdat dit voordeliger zou zijn dan het op juiste wijze beëindigen van de arbeidsovereenkomst of het in stand laten daarvan: dit voordeel verliest de werkgever in de hoogte van de billijke vergoeding.
Handvatten billijke vergoeding
Als het gaat om de gevolgen van het ontslag, kan worden gedacht aan het inkomen dat de werknemer zou hebben ontvangen als de opzegging wél zou zijn vernietigd. Of en in hoeverre hiermee bij de vaststelling van de billijke vergoeding rekening wordt gehouden is afhankelijk van de omstandigheden van het geval. Het kan daarbij volgens de Hoge Raad gaan om:
- de mate waarin het de werkgever kan worden verweten dat het ontslag niet volgens de regels is verlopen;
- of de redenen die de werknemer heeft om te kiezen voor een billijke vergoeding in plaats van de vernietiging van de opzegging aan de werkgever zijn toe te rekenen;
- de verdere duur van het dienstverband indien deze niet was opgezegd en daarbij of de werkgever de arbeidsovereenkomst ook volgens de regels zou hebben kunnen beëindigen en op welke termijn dit dan zou gebeuren;
- of de werknemer inmiddels ander werk heeft gevonden en de hoogte van de inkomsten die hij daaruit heeft en met (andere) inkomsten die de werknemer in redelijkheid in de toekomst kan ontvangen;
- de hoogte van de eventueel aan de werknemer toekomende transitievergoeding;
- de door de werknemer geleden schade. Voor de bepaling van deze schade zijn de normale wettelijke schadevergoedingsregels van toepassing.
De Hoge Raad heeft de zaak terugverwezen naar het Hof om de billijke vergoeding van de kapster aan de hand van de voorgaande handvatten opnieuw te bepalen.
Van Bladel Advocaten informeert u graag verder over de billijke vergoeding. Voor vragen kunt u contact met ons opnemen.